Rechtbank handhaaft gevangenisstraf voor streamer die Junsu chanteerde

\'Court

Het vrouwtje BJ(omroepjockey of streamer) die werd beschuldigd van het chanteren van de zangerJunsuen het afpersen van geld zorgde ervoor dat haar gevangenisstraf in hoger beroep werd bevestigd.

Op 1 mei werd de 10-1 Strafkamer van het Hooggerechtshof van Seoel (voorzittende rechters)Lee Sang Ho Lee Jae ShinEnJung Hyun Kyung) hield de hoorzitting over de veroordeling in beroep voor de BJ die werd beschuldigd van het overtreden van de wet op de verzwaarde bestraffing van specifieke economische misdrijven (afpersing).

De vrouwelijke BJ bleek Junsu van september 2020 tot oktober 2024 te hebben gechanteerd en in totaal 840 miljoen KRW (ongeveer 603.000 USD) af te persen tijdens 101 incidenten.

Inde eerste proefafgelopen februari werd ze veroordeeld tot zeven jaar gevangenisstraf. De BJ ging in beroep op grond van een oneerlijke veroordeling, terwijl de aanklager in beroep ging op grond van een verkeerde interpretatie van de wet.

Dat heeft het hof van beroep verklaardDe verdachte heeft het slachtoffer systematisch gechanteerd door in bijna vier jaar ruim 101 keer een grote som geld af te persenen benadruktGezien de duur van het misdrijf, de gebruikte methoden en het afgeperste bedrag is de ernst van het misdrijf extreem hoog.

Ze voegden eraan toeDoor de aanhoudende bedreigingen en financiële eisen was het slachtoffer niet in staat een normaal leven te leiden en leed aan extreme stress en depressie. Het slachtoffer heeft een zware straf geëistwaarin de basis voor hun oordeel wordt uitgelegd.

De rechtbank beval ook de aanvullende inbeslagname van de mobiele apparaten van BJ, waaronder een telefoon met privégesprekken met Kim Junsu, waarbij de bezorgdheid werd geuit dat het teruggeven van de telefoon verdere schade zou kunnen veroorzaken.

De rechter verklaardeEén in beslag genomen mobiele telefoon en één smartphoneapparaat kunnen verbeurd verklaard worden op grond van artikel 48, lid 1, subparagraaf 1, van de Strafwet. Het beroep van de officier van justitie is daarom gegrond.

Tijdens de eerste rechtszaak in april verklaarde de vrouwelijke BJIk bied mijn oprechte excuses aan en vraag om vergeving van het slachtoffer dat door mij gekwetst en verdrietig is en voegde eraan toe dat ik op mijn leven zweer dat ik nooit meer schade zal aanrichten.

Op 2 mei heeft BJ beroep aangetekend bij het Hooggerechtshof, waarin hij bezwaar maakte tegen de uitspraak van het tweede proces.